maandag 30 oktober 2017

Tally ho! Het jachtseizoen gaat beginnen…

Ken je die oude schilderijtjes of nostalgische plaatjes op oude trommeltjes? Ruiters in rode jassen op prachtige paarden, een meute gevlekte jachthonden aan hun voeten. Op de achtergrond een fraai, Engels landschap met een pub of een lieflijk bruggetje. Deze blog gaat over een evenement dat in werkelijkheid iets minder lieflijk was: de vossenjacht. Toch kon ik het niet laten hier een hoofdstuk aan te wijden in Thuis op Dunleigh Hall.

A Halt At The Inn door Heywood Hardy
[Public domain], via Wikimedia Commons
Voor de upper class begon het jachtseizoen in november en eindigde het als de bevroren grond te gevaarlijk werd voor paarden. De sport was voorbehouden aan rijke mensen: je moest vrije dagen hebben in deze periode en genoeg geld om goede paarden te onderhouden. En dan heb ik het nog niet over de bijkomende festiviteiten: bijeenkomsten met eten en drinken, jachtbals...

Sommige heren hadden hun eigen meute honden (een pack), maar het was gebruikelijk om daar per regio gezamenlijk voor te betalen. De gentleman die voor een jaar of langer ‘Master of the Hounds’ was, maakte helemaal veel kosten. De Ierse Lady Fingall, echtgenote van een graaf, schrijft in haar memoires dat manlief er bijna door failliet ging.

De vossenjacht was één van de weinige sporten waaraan vrouwen actief deelnamen. Als lid van de elite, zeker in Ierland, kan Caroline uit Thuis op Dunleigh Hall het dan ook niet maken om niet aan de jacht deel te nemen. Gelukkig kan ze uitstekend paardrijden, een activiteit waar Lady Fingall meer moeite mee zegt te hebben.

In Thuis op Dunleigh Hall verzamelen de jagers zich op de oprijlaan en het grasveld voor het landhuis, wat me een fantastisch gezicht lijkt. Op commando van de Master beginnen de honden te zoeken in het struikgewas. Eigenlijk doen zij het meeste werk, en volgen de jagers alleen maar. Als de vos wordt gesignaleerd, kan dat niemand ontgaan: de honden huilen, de hoorn klinkt en de jagers roepen de kreet: ‘Tally-ho’. (Vraag me niet wat het betekent.)

Watching the Hunt, 1895, door George Goodwin Kilburne
[Public domain], via Wikimedia Commons
Nu begint het echte werk: de honden jagen de vos op en de jagers gaan er in gestrekte galop achteraan.
Dit is een uitdagende achtervolging, ook voor goede ruiters als William en Caroline. Op hoge snelheid door bosjes en struikgewas, over stroompjes, boomstammen en kreupelhout.
Wat ik steeds vreemd vind, is dat de rit ook door akkers en bouwland gaat. Hoewel ze in die tijd van het jaar leeg zullen zijn, lijkt het me toch niet de beste manier om op goede voet te blijven met je pachtboeren. Maar zelfs voor William is dat geen reden om die belangrijke jacht af te blazen.

Misschien kan de vos zich tijdig verschuilen in een ondergronds hol, anders putten de honden het arme dier uit tot het erbij neervalt. Hoewel het niet ongebruikelijk was om de staart, kop of poten als trofee aan een deelnemer te geven (en wie zou een betere kandidaat zijn dan beginner en gastvrouw Caroline?) heb ik besloten in mijn boek niet verder uit te weiden over het lot van de vos.

Voor de dierenvrienden onder ons is het wel fijn om te weten dat deze vorm van jacht sinds 2004 in Engeland verboden is.

Full cry door Heywood Hardy
[Public domain], via Wikimedia Commons

maandag 23 oktober 2017

Carolines verkeerde baljapon

Jongedames die in Victoriaans Engeland naar een bal gaan, dragen lichte stoffen (tule over zijde of mousseline, bijvoorbeeld) in zachte pasteltinten.
Maar wat als je dit als Amerikaanse niet weet? Hoe reageren de andere debutantes als jij de show steelt in een warmrode creatie?

Voor Carolines eerste bal in Londen in Thuis op Dunleigh Hall vond ik inspiratie bij een prachtige, zijden japon die het Metropolian Museum of Art in New York tentoonstelt:




En kijk eens wat een schitterende details zo'n japon bevat:



Wil je weten hoe Carolines bal bij Lady Thurham verloopt? Lees het in Thuis op Dunleigh Hall vanaf hoofdstuk 4.

Afbeeldingen: public domain, via www.metmuseum.org, New York, NY.

maandag 16 oktober 2017

De Amerikaanse invasie

Wie vaker op mijn blog heeft gekeken, kan het bijna niet zijn ontgaan dat mijn eerste roman Op de vleugels van de wind als thema ‘Emigratie’ heeft. En wie van historische romans houdt, heeft vast ook wel eens gehoord over de miljoenen Europeanen die in de 19e eeuw naar Amerika reisden in de hoop op een betere toekomst.

In mijn tweede boek Thuis op Dunleigh Hall gaat de reis juist in omgekeerde richting en dat is een veel minder bekend fenomeen. Ik heb het over de buccaneers: de rijke, Amerikaanse meisjes die de Britse adel veroverden. In het laatste kwart van de 19e eeuw trokken meer dan 100 (!) Amerikaanse erfgenames Groot-Brittannië binnen en ruilden daar hun dollars in voor titels.
En net als bij de emigranten uit Op de vleugels van de wind rees bij mij de vraag: wat motiveerde hen? Hieronder probeer ik een tipje van de sluier op te lichten van het thema dat ik voor Thuis op Dunleigh Hall heb gekozen.
New York: van een emigrantenbuurt naar het luxe Fifth Avenue Hotel
[Public domain], via Wikimedia Commons

Wat motiveerde haar (of haar moeder)?
De Amerikaanse jongedame in kwestie was rijk, steenrijk. Haar vader had tijdens en na de Amerikaanse Burgeroorlog een fortuin verdiend met (oorlogs)industrie, spoorwegen of zelfs eten in blik. En dat was nu ook precies het probleem: dit nieuwe geld telde niet mee in de hoogste kringen. Mijn hoofdpersoon Caroline Milton komt uit New York, waar Mrs. Astor in die tijd de dienst uitmaakte. Reken maar niet dat zij mensen als de Miltons voor haar jaarlijkse bal uitnodigde. De Miltons waren misschien rijk, maar veel te ordinair en te protserig.
Mrs. Astor, die zelf afstamde
van de eerste Hollandse kolonisten,
bepaalde wie er meetelde in de
hoogste kringen van New York.
[Public domain], via Wikimedia Commons

De houding van Mrs. Astor en haar soortgenoten was mensen als Carolines moeder een doorn in het oog. Hun dochters moesten een goed huwelijk sluiten en dus richtten zij hun blik op een veel voornamere cultuur aan de overkant van de oceaan. Op Groot-Brittannië.

Wat motiveerde hem?
Het onderhouden van een groot landgoed was een dure aangelegenheid voor de 19e-eeuwse edelman. Er was een landbouwcrisis en de concurrentie van geïmporteerde, buitenlandse producten werd steeds groter. Tel daarbij op de kosten van feesten, bals en jachtpartijen die de adel wel moest organiseren om hun plaats in de sociale kringen te behouden. Hoe is zo’n extravagante levensstijl mogelijk zonder voldoende inkomsten?
Blenheim Palace, zetel van de hertog van Marlborough, verkeerde in verval
toen de 9e hertog op zoek ging naar een rijke Amerikaanse bruid.
Door Magnus Manske (Eigen werk), [GFDL, CC BY-SA 3.0], via Wikimedia Commons

Mijn hoofdpersoon William, graaf van Rassmore, ontdekt al heel snel dat hij zelf niet in staat is voldoende geld bijeen te brengen voor zijn landgoed Dunleigh, en dat gold voor veel leden van de adel. En dus richtten ook zij hun blik op de overkant van de oceaan. Op Amerika.

In het echt...
Tot welke verbintenissen leidde de obsessie van ambitieuze Amerikaanse mama’s voor alles wat Brits was? En de zoektocht van de verarmde adel naar een flinke zak met geld? Ik noem er slechts een paar:
In 1874 vond één van de eerste huwelijken plaats, in dit geval overigens niet puur vanwege geld of titels. De New Yorkse Jennie Jerome werd verliefd op Lord Randolph Churchill en trouwde met hem ondanks protesten van beide ouderparen.
Het gelukkige jonge paar: Lord en Lady Randolph Churchill
[Public domain], via Wikimedia Commons

Zij werd de moeder van Winston Churchill, die tijdens de Tweede Wereldoorlog premier van Groot-Brittannië was. Europa was populair bij de Jeromes: Jennies zus Clarita huwde een Engelse avonturier en later parlementslid, en haar andere zus Leonie een Ierse baronet.
Jennie Churchill met haar twee zonen, waarvan de oudste, Winston, premier zou worden
[Public domain], via Wikimedia Commons

Ook de overgrootmoeder van prinses Diana kwam uit Amerika. Frances Ellen Work, dochter van een effectenmakelaar, trouwde in 1880 met James Burke-Roche, die later baron werd. Hij was blut en het familielandgoed was verkocht toen hij naar Amerika ging, op zoek naar avonturen en een rijke bruid.
Frances Burke-Roche, overgrootmoeder van prinses Diana
[Public domain], via Wikimedia Commons

Als laatste wil ik Consuelo Vanderbilt noemen, omdat zij zo vriendelijk is geweest haar memoires na te laten (die ik overigens moeilijk door kon komen door alle opsommingen van voorname personen die ze heeft ontmoet). Consuelo trouwde onder grote druk van haar moeder op 18-jarige leeftijd met de negende hertog van Marlborough. Hij was 24 en een neefje van bovenstaande Jennie Churchill. Zijn grootvader en vader waren erg goed geweest in geld uitgeven en het prachtige Blenheim Palace was niet bepaald goedkoop in onderhoud.
Toen de jonge Consuelo haar debuut maakte,
bezat ze 20 miljoen dollar. Een goede vangst...
[Public domain], via Wikimedia Commons

Hun bruiloft in New York kostte een kapitaal. Consuelo droeg een japon van Worth, er waren vijf geestelijken aanwezig, de hele kerk stond vol bloemen, maar er was ook nog ruimte voor een orkest van 50 man en een 60-koppig koor. En nog een leuk detail: onder de bruiloftsgasten was Mrs. Astor, die de buccaneers niet in haar kringen had willen verwelkomen. Ze kon niet langer om deze jongedames heen!

Het resultaat
Na alle feestelijkheden moest de bruid, die gewend was aan aandacht en luxe, zich aanpassen aan de gewoonten van haar nieuwe land. Een land waar alles draaide om de heer des huizes en zij slechts een ondergeschikte rol speelde. Waar ze in Amerika betrekkelijk veel vrijheid kende, kwam ze nu terecht in een wereld van sociale etiquette en eeuwenoude tradities. Ze ging wonen in een oud landhuis dat nog lang niet van zoveel moderne gemakken was voorzien als haar New Yorkse villa. En ze werd geacht binnen afzienbare tijd een erfgenaam voort te brengen, en liefst nog eentje op reserve (an heir and a spare, aldus Consuelo, hertogin van Marlborough).
Al met al lijken het geen sprookjeshuwelijken:
  • Lord en Lady Churchill zochten allebei veelvuldig hun plezier buiten het huwelijk (naar verluidt zelfs bij de Britse kroonprins, die erg van de Amerikaanse dames gecharmeerd was).
  • Consuelo verliet haar hertog na een huwelijk van elf jaar, hoewel de officiële scheiding pas later volgde.
  • Frances en James Burke-Roche hielden het zelfs maar zes jaar met elkaar uit.
Dat belooft dus turbulente tijden voor William, graaf van Rassmore, en juffrouw Caroline Milton uit New York na hun bruiloft in Thuis op Dunleigh Hall.

Om dan toch op een positieve toon te eindigen nog een laatste rijke Amerikaanse erfgename: Mary Leiter. Toen ze hem voor het eerst zag, was ze op slag verliefd op George Curzon. In 1895 trouwde ze met hem en naar verluidt was hun huwelijk gelukkig. Drie jaar later werd Lord Curzon onderkoning van India, waardoor de Amerikaanse Mary de onderkoningin werd, na de koningin de hoogste sociale en politieke positie in het hele Britse Rijk.
Mary Leiter, Lady Curzon
[Public domain], via Wikimedia Commons

Voornaamste bron:
To Marry an English Lord door Gail MacColl en Carol Wallace (een boek met een schat aan informatie, veel humor en grappige anekdotes)

maandag 2 oktober 2017

Mooie recensie 'Thuis op Dunleigh Hall' op Wereldvanboeken.nl

Tijdens de boekpresentatie van Op de vleugels van de wind maakte ik kennis met Leanne en haar website Wereldvanboeken.nl, waarop ze uitgebreide recensies aanbiedt van heel veel christelijke romans. Sindsdien bezoek ik regelmatig haar site om bij te houden welke mooie, nieuwe boeken ik zelf allemaal nog wil lezen.

Over Thuis op Dunleigh Hall schrijft Leanne:
'Het verhaal is origineel, sfeervol en romantisch.'
En dat beschouw ik als een groot compliment! Op Wereldvanboeken.nl kun je de hele recensie lezen.